Week 3


Maandag: na een hele dag binnen ben ik ‘s avonds ergens uit gaan eten en daarna heb ik een rondje gelopen. Senso-ji is een grote tempel in Asakusa en hij is echt prachtig. Het begint met een grote poort, daarna een hele lange straat aan kraampjes, dan nog een grote poort, een terrein waar je onder andere grote kasten met Omikuji (papiertjes met goede of slechte fortunes) hebt, en dan de enorme tempel zelf, met een pagode in de achtergrond. Zelfs ‘s avonds in het donker, toen alle kraampjes al dicht waren, waren er nog volop toeristen selfies aan het maken.

Ik heb een mikuji gehaald maar dat was niet zo’n goed idee. Ik kreeg een ‘medium fortune’ en dat kwam erop neer dat mijn wens niet in vervulling zou gaan, de patient niet snel beter zou worden en dat ik snel ontslag moest nemen. In het geval van een slechte voorspelling, kun je je papiertje oprollen en een een paaltje vastknopen, dus dat heb ik gedaan.


Op donderdagavond heb ik het opnieuw geprobeerd en kreeg ik een ‘regular fortune’, wat betekende dat het even tijd nodig had maar dat daarna alles goed zou komen.


Op dinsdag ben ik het Asahigebouw in gegaan, helemaal naar de 22e verdieping, waar de Asahi Sky Room zit: een bar waar je uitkijkt over de stad. In het gouden gebouw wat lijkt op een bierglas, zit je in het witte schuim helemaal bovenin. Ik keek naar het (zuid-)westen, en kon shinjuku zien, de wijk die 10 kilometer verderop ligt. Ik heb een tijd lang geprobeerd met google maps te kijken welke gebouwen ik zag en toen heb ik een ander plekje bij het raam geclaimd, dit keer naast een koppel uit de UK, en daar heb ik lekker mee gekletst.


Op woensdag ben ik voor het eerst in mijn leven naar een kattencafe geweest. Ik heb van tevoren heel veel gezocht op internet wat de beste is, want er zijn er echt heel veel in Tokyo (ook andere dierencafé’s, zoals honden, capybaras, otters, egels en microvarkens (daar ben ik voorbij gelopen in Harajuku, zag er erg comfortabel uit: mensen lagen onder een dekentje en daarbovenop lagen dan een stuk of 5 varkentjes XD)) en ik wilde zeker weten dat de katten het goed hadden en niet moe, ongeïnteresseerd of ziek waren. Ik had goed gekozen: Kattencafé Monta zit op loopafstand van mijn hostel, op de 8e verdieping (de trap was even zoeken). De eigenaresse was heel vriendelijk en probeerde heel hard om goede Engelse zinnen te vormen, en ik ben er een uurtje binnen geweest. Ik was even van mijn plek opgestaan om met een jonge kat te spelen en toen ik terugkwam was mijn plek ingenomen door een oude, lol.


Op vrijdag naar mijn 3e hotel: weer een capsulehotel, net als de eerste. De capsule is groter, met aan de zijkant en bij mijn hoofdeind ruimte voor al mijn spullen, maar het bed is nog harder dan de eerste: weer een enkele futon van 5 cm dik, maar deze is zo oud dat het midden volledig plat is. Daarnaast kraakt het bed ook gigantisch, iedere keer als ik me omdraai.

Ik zit deze keer in Nippori, Tokyo, iets ten noordwesten van de vorige plek. Het treinstation is op loopafstand, en er gaat een directe trein naar Shinjuku, Shibuya, Ueno, etc.; eigenlijk alle drukke/gezellige wijken.

‘s Avonds heb ik even een rondje gelopen in de buurt van het hotel. Veel lovehotels lol.


Op zondag ben ik eindelijk naar de Meiji Shrine geweest! Het is één van de belangrijkste tempels in Tokyo, en volgens mij ook de grootste, en het ligt in een park grenzend aan Yoyogipark. Vooral de omgeving was erg mooi, maar na Senso-ji vallen alle shines een beetje tegen volgens mij. Ik heb een ticket gekocht voor de botanische tuin naast Meiji Shrine, en heb heel veel schildpadden, hele grote zwarte vlinders en een reiger in een boom heel dichtbij gezien.

Vanuit daar ben ik even naar Takeshita doori gelopen om iets te eten te scoren, en heb ik wat street performers in harajuku-stijl kleding gezien.